Leeuwarden – Rob Zijlstra
Miranda Hoekstra (20) is er, naast haar studie, vrijwel dagelijks mee
bezig. Met de stichting No need to hide, door haar opgericht en bedoeld voor
slachtoffers van seksueel onwenselijk gedrag en misbruik.
Even terug in de tijd. In februari 2017 wordt in de rechtbank van Groningen
een dan 70-jarige man uit Marum veroordeeld tot drie jaar gevangenisstraf.
Daarvan is een jaar voorwaardelijk. De man heeft zich, zo luidt het oordeel van
de rechtbank, jarenlang schuldig gemaakt aan seksueel misbruik. Het slachtoffer
is zijn kleindochter. Miranda Hoekstra.
Als de rechters vragen naar het waarom, waarom hij het deed, waarom hij
acht jaar lang zijn eigen kleinkind seksueel misbruikte, komt er een
verbijsterend antwoord: hij had er niet bij nagedacht. Er was vier jaar
celstraf geëist.
Jaarlijks honderden mannen veroordeeld
In rechtbanken worden jaarlijks honderden mannen veroordeeld in verband met
seksueel misbruik. Niet zelden zijn de slachtoffers hun eigen kinderen, eigen
kleinkinderen. In die zin was het proces rond de 70-jarige Marumer als
strafzaak niet uitzonderlijk. Wat wel bijzonder mag zijn, is dat de rechtszaak
ertoe leidde dat nog twee vrouwen aangifte deden tegen de inmiddels 72-jarige
man. Er kwam een tweede rechtszaak. In mei vorig jaar werd hij wederom schuldig
bevonden. Omdat hij op dat moment in detentie zat kreeg hij een voorwaardelijke
celstraf.
Verhalen die in de rechtszaal aanzienlijk minder aandacht krijgen of
helemaal niet, zijn de bittere verhalen van de slachtoffers nadat zij aangifte
hebben gedaan. Miranda was 17 jaar toen ze eindelijk alle de moed van heel de
wereld bijeen had geraapt en daarmee – met steun van haar ouders – naar de
politie stapte. Het duurde daarna nog een jaar voordat de aangifte leidde tot
een rechtszaak.
‘Niemand voelde zich verantwoordelijk’
Miranda Hoekstra: „Na de aangifte ben ik op zoek gegaan naar hulp. Maar ik
werd van de ene naar de andere instantie gestuurd. De stap hulp te zoeken is al
heel groot, daar doe je jaren over. En als je het dan eindelijk doet, dan weet
je niet waar te terecht kunt. Of moet je voicemails inspreken. Van de politie
mag je er niet over praten omdat dat het onderzoek kan schaden. Dat is
moeilijk. Er komt zoveel op je af. En mijn geval is er van alles misgegaan wat
mij ontzettend veel energie heeft gekost. Ik hoor vergelijkbare verhalen van
andere slachtoffers.’’
Ook na de rechtszaak en de veroordeling gaat het niet goed. „Wij werden
bijvoorbeeld niet op de hoogte gehouden van het detentieverloop. Je belt met
instanties, maar er is niemand die iets voor je doet. Niemand voelde zich
verantwoordelijk. Ineens hoorden we dat mijn opa proefverlof had gehad en in
het dorp was geweest. Wij wisten van niets. En dan ben je slachtoffer, echt
bizar. Achteraf zeiden de instanties, ja, het had anders gemoeten.’’
Dat dacht Miranda Hoekstra ook: het moet anders. Het idee was geboren. Ze
zou een stichting oprichten voor slachtoffers van seksueel onwenselijk gedrag
en misbruik. Slachtoffers zouden moeten worden gekoppeld aan een buddy, aan
iemand die iets soortgelijks is overkomen en de lange weg die gelopen moet
worden al eens heeft afgelegd.
Ze ging op zoek naar mensen die haar zouden kunnen helpen. Ze ging
netwerken, praten met de politie, met gemeenten, met de instanties. „Ik maak
duidelijk dat we de professionele hulpverlening niet willen afpakken, maar dat
we juist willen dat slachtoffers bij hen terecht komen. We voegen iets toe. De
reacties waren heel positief.’’
Hoe kom je aan buddies?
„Ik kijk om me heen. Naar mensen die een sociaal of communicatiegerichte
opleiding volgen bijvoorbeeld. We doen ook een screening en vragen om een vog
(‘verklaring omtrent gedrag’). Er zit ook een training aan vast. Op dit moment
hebben we zeven mensen als buddy in de startblokken staan.’’
En dan meldt zich een slachtoffer
„Dan gaan we praten en kijken of we iemand hebben. Er moet wel een klik
zijn tussen een buddy en de cliënt, een cliënt moet zich op zijn of haar haar
gemak voelen. Er is een kennismakingsgesprek. We luisteren goed naar wat de
cliënt wil.’’
Wat wordt er van een buddy verwacht?
„Een buddy moet een luisterend oor kunnen bieden. En de wegen kennen in het
land van de instanties. Of kunnen uitleggen hoe het strafproces in z’n werk
gaat. Maar ook dat een buddy gewoon even iets leuks met de cliënt gaat doen. Of
dat de cliënt je ’s avonds, want we zijn geen kantoor, even kan bellen als ze
zich niet lekker voelt, of boos is.’’
Je creëert een soort vriendschap.
„Ja. Een buddy moet ook tegen een cliënt kunnen zeggen, het is niet zo
handig wat je nu doet. Aan de andere kant worden er wel duidelijke afspraken
gemaakt over wat wel en wat niet. De grenzen worden vooraf wel aangegeven.’’
De stichting richt zich vooralsnog op Groningen, Drenthe en Friesland. Maar
de ambitie van Miranda Hoekstra is groter. Landelijk. Misschien ooit
internationaal. „Want dit probleem speelt overval, in alle landen.’’
De vreselijke gebeurtenissen in haar jeugd hebben haar gevormd. Ze wilde ooit
rechten studeren. „Maar advocaat zou ik niet kunnen zijn, ik zou niet een
verdachte van seksueel misbruik kunnen bijstaan. En rechter zijn zou ik ook
niet kunnen. Ik ben er te emotioneel bij betrokken.’’
Werken bij de zedenpolitie
Ze volgt nu de opleiding sociaal pedagogische hulpverlening aan de Stenden
Hogeschool in Leeuwarden. „Derdejaars. Als ik ben afgestudeerd hoop ik fulltime
met mijn stichting aan de slag te gaan. Of werken bij de zedenpolitie, dat zou
ik ook graag willen.’’
Ondertussen vertelt ze haar verhaal, wat haar als kind, als tiener, is overkomen, ook op scholen, soms op uitnodiging, soms op eigen initiatief. „Ik was een verlegen meisje dat liever niet in de spotlights stond. Mijn rechtszaak is nu twee jaar geleden. Mijn opa loopt weer door het dorp. Dat blijft moeilijk. Er is geen contact. Door mij in te zetten voor slachtoffers, krijg ik veel positieve energie. Oké, er zijn ook dagen dat ik er helemaal klaar mee ben, dan ga ik even met mijn vrienden uitwaaieren op een eiland. Maar dan weer door. Ik heb er hard voor geknokt en ik ben nu eindelijk wie ik wil zijn. En wat ik wil.’’
https://www.dvhn.nl/plus/Slachtoffer-seksueel-misbruik-richt-stichting-op-Er-is-niemand-die-iets-voor-je-doet-24198973.html